Gezondheidsrecht, tuchtrecht: aantoonbaar ernstig verwijtbaar handelen huisarts

Klaagster maakt huisarts verwijt dat hij haar niet serieus heeft genomen en dat er sprake was van een slechte overdracht aan de waarnemend huisarts. Klaagster had tijdens haar vakantie in Zuid-Afrika in het ziekenhuis gelegen en had ernstige hoofdpijnklachten. Na thuiskomst ging ze direct naar de huisarts. Vervolgens ging de huisarts twee weken later op vakantie en kwam zij terecht bij een collega. Uiteindelijk bleek zij een hersentumor te hebben.
Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (het RTG) heeft vastgesteld dat door de zeer summiere verslaglegging in het dossier het afleggen van verantwoording door de huisarts van het gevoerde beleid ernstig bemoeilijkt werd. Door het ontbreken van een goede verslaglegging was er ook voor zijn waarnemend collega slechts beperkte informatie beschikbaar en kon niet precies worden vastgesteld wat er precies was uitgevraagd en onderzocht. Er was geen sprake geweest van een goede uitgebreide anamnese die volgens de standaard noodzakelijk was. De huisarts heeft geen toereikende informatie verschaft waaruit een adequate zorgverlening, een juiste behandeling en oplettend handelen valt af te leiden. De huisarts heeft aantoonbaar tuchtrechtelijk ernstig verwijtbaar gehandeld. Bij het opleggen van de maatregel wordt rekening gehouden met het tuchtrechtelijk verleden van de huisarts. In het verleden had hij al een berisping gehad met betrekking tot vergelijkbaar handelen. Bovendien had verweerder weinig blijk gegeven van zelfinzicht en had hij zich weinig invoelend opgesteld tegen klaagster. Aan de huisarts werd dan ook een gedeeltelijk onvoorwaardelijke en een gedeeltelijk voorwaardelijke schorsing opgelegd van drie maanden met een proeftijd van twee jaar.